De angst om los te laten

In 2005 vatte ik het plan op om mijn sabbatperiode in te vullen met een fietstocht naar Santiago de Compostela. Ik besefte nauwelijks waar ik aan zou gaan beginnen. Nog nooit had ik meer dan één dag gefietst. ‘Waar begin je aan?’ ‘Ben je dan niet bang?’, zo vroeg men mij. En dat vroeg ik mijzelf ook af. Er kan immers van alles gebeuren onderweg.

Wat dreef mij om op pad te gaan? Diep in mij zei een stem, dat ik het moest proberen. Het verlangen was er al jaren. Ik had hoop en vertrouwen, dat ik het wel aan zou kunnen. En, als ik op enig moment niet verder zou kunnen, dan kon ik toch gewoon stoppen!

Vertrouwen

Wat is dat dat mensen in beweging zet, op weg stuurt, tot actie aanzet? Je kunt het vertrouwen noemen, geloof in iets of iemand, vertrouwen in een ander, hoop op gunstige omstandigheden. Vertrouwen geeft ruimte en openheid, groei en ontwikkeling. Als je geen vertrouwen hebt, stagneert alles, valt alles stil, is er geen toekomst. Zonder vertrouwen bouw je geen relaties op of kun je geen bedrijf of activiteit ondernemen. Zonder vertrouwen dreigen angst of twijfel, verstarring of stilstand de mens te gaan beheersen.

In definities van vertrouwen kom je doorgaans dan ook elementen tegen als de bereidheid om afhankelijk te zijn van de daden van een andere persoon of groep; het geloof dat een ander eerlijk is of dat iets goed zal verlopen; of de verwachting dat degene die men vertrouwt zal handelen op een manier die hem/haar niet zal benadelen.

Zekere onzekerheid

Vertrouwen en geloven liggen heel dicht bij elkaar. ‘Geloven is erop vertrouwen dat datgene wat je verhoopt waar is’, zo zei Fons Jansen, cabaretier uit de zestiger jaren. Bij beide begrippen gaat het niet om een zekerheid, maar om een zekere onzekerheid. In de achter ons liggende twintigste eeuw zijn we veelal grootgebracht met zekerheden. De geloofsinhoud en geloofskennis lagen vast. Die te kennen was de hoogste opgave. En ernaar leven kon afgemeten worden door controle. Eigenlijk was dat geloof gestold tot een pakketje waarheden. Het was de vierde fase in de ontwikkeling: ervaring – verhaal – getuigenis – leer. In de bijbel worden we geconfronteerd met ervaringsverhalen van mensen. Daarin ontmoeten we mensen en situaties, die getuigen van bijzondere belevingen en inzichten. Later zijn deze getuigenissen vastgelegd in leerstellingen. Doordat ons alleen de leer werd voorgehouden, verloren we het contact met de oorspronkelijke ervaringen en getuigenissen. Om de bijbel opnieuw te laten spreken, moeten we terug naar de oorspronkelijke zeggingskracht van deze verhalen.

edward-much-de-schreeuw

Edward Munch – De schreeuw

Vertrouwen in de bijbel

In de bijbel komt het woord ‘vertrouwen’ – afhankelijk van de vertaling – een honderd tot tweehonderd maal voor. Het heeft in alle situaties te maken met menselijke en goddelijke relaties. Het gaat om vertrouwen op zichzelf, op een ander en op de Ander. Vertrouwen biedt ruimte en openheid. Daarbinnen is er plaats voor actie. We zien dan ook vaak het werkwoord ‘gaan’ opduiken. Dat woord komt meer dan 900 maal voor in de bijbel. Het ‘op weg gaan’ blijkt een essentiële voorwaarde voor vertrouwen. ‘Trek weg uit je land …‘(Abraham); ‘Heden is jullie een redder geboren … laten we naar Bethlehem gaan om …’(de herders); ‘… dat Hij naar Jeruzalem moest gaan …’(Jezus). Welbeschouwd is het eerste deel van de bijbel (in veelsoortige boeken) een optrekken van de aartsvaders en het volk Israël met God. Het tweede deel is een veelvormig getuigenis (er zijn vier evangelies) van Gods nabijheid in de persoon van Jezus van Nazareth op zijn weg naar Jeruzalem. Is het je ook opgevallen dat Jezus een gebrekkige of melaatse pas geneest, nadat deze zijn vertrouwen in hem heeft uitgesproken en een genezing steeds afsluit met: ‘Sta op en ga heen, uw geloof heeft uw gered!’?

Angst en vertrouwen

Angst en vertrouwen zijn tegenpolen in ons leven. Angst heeft te maken met beklemming, zich bedrukt voelen, ergens in vast raken. Het is vaak niet makkelijk zich daar uit los te maken. Juist in zo’n donkere tijd of crisis kan vertrouwen langzaam aan het licht komen. Steeds weer blijkt dan: Vertrouwen is een gave, een geschenk. Het is geloven in een mens of in een God die je vasthoudt. Is je handen en hart openen en zeggen: hier ben ik, kome wat komt. Het vraagt ons te erkennen dat we hulp nodig hebben, het niet alleen kunnen, dat we kwetsbaar zijn.

In dit verband herinner ik mij een prachtig beeld van Henri Nouwen over loslaten en overgave. Tijdens zijn ontmoeting met de Zuid-Afrikaanse trapezegroep ‘The Flying Rodleighs’ vertelt de leider van de groep over hoe hij zijn springen in de trapeze beleeft. Hij moet dan absoluut vertrouwen op degene die hem moet vangen. Niet hij, Rodleigh, maar de vanger, Joe, is de grote ster van de trapeze. Die moet hem op het juiste moment uit de lucht plukken. En dat lukt alleen, als Rodleigh het vangen geheel aan Joe overlaat. Hij moet zijn armen en handen uitstrekken en wachten tot Joe hem vangt. En daarbij mag Rodleigh zelf niets doen. Hij moet springen en met uitgestrekte armen en open handen erop vertrouwen dat zijn vanger er zal zijn. Alleen door de angst los te laten en te vertrouwen kan deze act worden opgevoerd.

Weg naar ruimte en toekomst

Vertrouwen, geloof in de ander loopt als een rode draad door de bijbel. Te beginnen met Abraham. Van hem, de aartsvader van joden, christenen en moslims, weten we dat hij vertrouwde op zijn binnenste en luisterde naar de stem in hem. Hij ging op weg uit een benarde en verstikkende situatie. De rabbijnen vertellen over hem dat hij door zijn vader gemaakte godenbeeldjes moest verkopen. Die beeldjes zorgden voor macht en onderdrukking van de mensen. Maar Abraham kon en wilde niet meer meedoen met dit spel met afgodsbeelden. Ze werden gebruikt om eigen initiatief en persoonlijke groei tegen te gaan. Hij geloofde niet in godenbeeldjes, die door mensen waren gemaakt. Hij zocht naar een god die mensen maakt. Die zoektocht, dat vertrouwen bracht hem nieuwe levenskansen en schiep de mogelijkheid een groot volk te worden. In vertrouwen is hij op weg gegaan en een onbekend land binnengegaan. Zo maakte hij zich kwetsbaar, maar koos hij voor ruimte en groei. En daarmee baande hij voor mensen na hem, die in zijn spoor zoeken naar bevrijding in vastgeroeste situaties, een weg naar ruimte en toekomst.

In de psalmen komen we steeds situaties tegen waarin de schrijver in de penarie zit. Hij wordt belaagd door vijanden. Mensen staan hem naar het leven. Rampen overkomen hem. Ook innerlijk wordt hij bedreigd en in zijn wezen aangetast. Hij ziet geen uitweg. Hij smeekt om hulp en bevrijding. Biddend komt hij tot bevrijding. Er ontstaat een veilige ruimte of schuilplaats, waar hij zich met vertrouwen te ruste kan leggen. In die sfeer komen beelden op als ‘de Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan niets’.

rembrandt_van_rijn-de-terugkeer-van-de-verloren-zoon

Rembrandt_van_Rijn – De terugkeer van de verloren zoon

Vergeving

Heel treffend vind ik in het Nieuwe Testament het verhaal over de Vader met zijn twee zonen. De jongste verlaat het ouderlijk huis, gaat op weg en neemt alles wat hij bezit (zelfs zijn erfdeel) mee naar het buitenland. Ongelooflijk hoe zijn vader hem vrij laat zijn hart te volgen. Niks geen betutteling of beperking. Hij mag zich zelf zijn en zijn levensweg gaan. Maar de zoon verkwist alles en raakt aan lager wal. Als hij tot bezinning en inkeer komt, waagt hij het erop zijn vader weer onder ogen te komen, erop vertrouwend dat hij hem toch minstens zal ontvangen als knecht. Beter een leven als knecht dan dit leven in een onmenselijke situatie. Hoe ongelooflijk is de reactie van de vader. Het vroegtijdige vertrek van zijn zoon blijft hij hem niet nadragen. De eerlijkheid van zijn zoon geeft hem vertrouwen. Hij sluit hem vergevingsgezind in zijn armen en laat een groot feestmaal aanrichten. Ook voor deze jongste zoon is nieuw leven mogelijk.

Loslaten

Wij hebben allemaal de natuurlijke neiging om de dingen in de hand te houden en zelfs naar onze hand te zetten. We willen situaties overzien en onder controle brengen. Zodat ook werkelijk gebeuren zal wat we graag willen dat gebeurt. In diepste zin is de angst om los te laten een gebrek aan vertrouwen in onszelf, in elkaar, in het leven, in God. Loslaten is sterven aan jezelf en je in volkomen overgave in de armen van God werpen.

Uiteindelijk ben ik in 2006 op pad gegaan, alleen. De eerste week werd ik iedere ochtend verscheurd door de vraag waar ik toch mee bezig was. Ik kon mijn thuis maar niet loslaten. Toen ik vele weken later thuis kwam, was ik vol ervaringen en belevingen. De weg had mij andere mensen en culturen laten ontmoeten. Ik keerde terug met meer vertrouwen in mijzelf, in anderen en in het leven.

(dit artikel van mijn hand is ook gepubliceerd in “Jacobsstaf” nr. 112 van december 2016, een uitgave van het Nederlands Genootschap van Sint Jacob; de foto’s zijn door mij gemaakt)

Reacties zijn gesloten.