OP ZOEK NAAR SINT MAARTEN
Ourense
Vanaf vijf uur begint weer het dagelijkse ritueel. Geritsel van tassen, luchtbewegingen door voorbij lopende mensen. In een korte tijd is ieder bezig met zijn spullen in te pakken, zich te wassen en noodzakelijke toiletactiviteiten. Na ons opstaan verlaten we als laatste de pelgrimsalbergue.
Tegen elf uur lopen we naar de kathedraal San Martino. Daar zien we veel mooie beelden van heiligen, vooral in de hoofdingang. Deze lijken op die van Meester Mateo in de kathedraal van Santiago. Om kwart over één worden we gevraagd de kathedraal te verlaten, want om half twee gaat die dicht. Ja, daar zijn de Spanjaarden goed in: ze zullen zeker niet langer, maar eerder korter open zijn.
Na wat rust en schrijven gaat Harry nog een keer terug naar de kathedraal. We zijn immers in de San Martino geweest en hebben geen afbeelding van hem gezien. Dat kan toch niet. In een paar ogenblikken vindt Harry er nu vier. Een had hij vanmorgen al bij de hoofdingang gezien, ontdekt hij nu. Omdat de grote zij-ingang naar het zuiden nu openstaat, valt er veel licht binnen en zijn meer afbeeldingen te zien. Goed voor het artikel, dat hij nog over Sint Maarten moet schrijven voor het september-nummer van De Jakobsstaf .
Rond acht uur lopen we naar de stad voor het avondeten. Dat nemen we met nog één andere man in een verder leeg Italiaans restaurant. We genieten van een werkelijk lekkere pizza.
Daarna slenteren we naar het Praza Mayor en drinken daar in de geur van wiet een ‘café con leche grande’. Over een groot deel van het plein en ook boven een zijstraat zijn doeken gespannen om de warme zon wat te weren.